Oorsprong en geschiedenis

Aleksandrouli is een inheemse Georgische druif die zijn thuisbasis heeft in de Racha-regio, in het noordwesten van het land. In dit bergachtige gebied, dicht bij de Grote Kaukasus, heerst een koel landklimaat met zonnige dagen en frisse nachten – ideaal voor de ontwikkeling van aroma’s en zuren in de druiven. Aleksandrouli wordt vaak samen met de verwante druif Mujuretuli aangeplant, en samen vormen ze de basis voor een van Georgië’s meest gevierde wijnen: Khvanchkara.

De geschiedenis van Aleksandrouli is onlosmakelijk verbonden met Georgische traditie. Wijn wordt hier al meer dan 8.000 jaar gemaakt, en veel producenten gebruiken nog altijd de traditionele qvevri-methode, waarbij de wijn fermenteert en rijpt in grote aardewerken amforen die in de grond zijn ingegraven. Maar ook moderne vinificatie wint terrein, waardoor de expressie van Aleksandrouli steeds breder en toegankelijker wordt.

Het smaakprofiel van Aleksandrouli wijn

Wijnen van de Aleksandrouli-druif zijn doorgaans licht tot medium van body en vallen op door hun zijdezachte structuur en levendig fruitprofiel. In de geur herken je aroma’s van rijpe frambozen, rode kersen en soms zelfs aardbei, aangevuld met subtiele kruidigheid en florale accenten. Bij rijping kunnen er ook tonen van kaneel, ceder of amandel ontstaan, vooral bij wijnen die op hout zijn gelagerd.

Wat Aleksandrouli bijzonder maakt, is de combinatie van verfijnd fruit, milde tannines en een frisse zuurgraad. Hierdoor is de wijn bijzonder soepel en elegant, zonder aan diepgang te verliezen. Veel exemplaren hebben een licht zoetje – vooral in de beroemde halfzoete stijl van Khvanchkara – maar ook droge Aleksandrouli’s winnen aan populariteit. Het resultaat is een wijn die uitnodigt tot doordrinken en breed inzetbaar is aan tafel.

Wijn en spijs: wat eet je bij Aleksandrouli?

Aleksandrouli voelt zich thuis bij gerechten waarin subtiliteit en kruidigheid centraal staan. In Georgië wordt de wijn vaak geschonken bij traditionele gerechten zoals khinkali (kruidig gevulde dumplings) of pkhali (kruidige groentepaté), waar zijn fruitige karakter en milde structuur een mooi tegenwicht vormen voor het kruidige profiel van de keuken.

Bij westerse gerechten is Aleksandrouli een uitstekende keuze bij gevogelte, zoals geroosterde eend of kip met pruimensaus, maar ook bij kruidige stoofpotjes of ovenschotels met groenten en linzen. Bij lichtere kazen zoals jonge geitenkaas of zachte witschimmels biedt de wijn frisheid en contrast. Dankzij zijn toegankelijkheid en fruitige stijl is Aleksandrouli ook perfect inzetbaar voor een uitgebreide lunch of borrel met charcuterie.

Waarom Aleksandrouli het ontdekken waard is

Aleksandrouli is het soort druif dat je niet snel vergeet zodra je ermee kennismaakt. Hij is vriendelijk in stijl, maar niet vlak; expressief zonder overweldigend te zijn. In een tijd waarin wijnliefhebbers steeds nieuwsgieriger worden naar authentieke verhalen en unieke terroirs, biedt Aleksandrouli precies dat: een glas met een ziel, gevormd door eeuwenoude traditie en een bijzonder landschap.

Voor wie verder wil kijken dan de bekende Franse of Italiaanse druiven, is Aleksandrouli een heerlijke verrassing. Of je hem nu proeft in zijn zachte, halfzoete vorm of als moderne, droge rode wijn – de charme en finesse van deze druif zijn onmiskenbaar. Georgië mag dan ver weg lijken, maar Aleksandrouli brengt je er in één slok naartoe.